Verloren Maandag: waarom men vandaag in Antwerpen worstenbroden en appelbollen eet

Ben je vandaag in Antwerpen, dan kan je er niet omheen. Het is Verloren Maandag, de dag waarop ‘t stad verandert in een aards paradijs vol worstenbroden en appelbollen. Voor de niet-Antwerpenaars onder ons: elke eerste maandag ná de zondag ná Driekoningen vindt die volkse traditie, ook wel Verloure Mondag genoemd, plaats. “Geen huiskamer waar ze die dag geen worstenbroden serveren”, vertelt Patrick Cockx, havenarbeider in hart en nieren, ons. "Met twee worsten he. De enige dag van het jaar waarop dat kan.”

Menig Antwerpenaar ziet vandaag appelbollen en worstenbroden op het menu verschijnen. Thuis, op het werk of bij een bolleke De Coninck op café. Maar waar komt deze bijzondere traditie, die voor het eerst opduikt in de 13e eeuw, eigenlijk vandaan? We praten erover met Patrick Cockx, Antwerpenaar, maar ook en vooral havenarbeider.  En laat die traditie net voor ‘de mannen van de basseng’ (dokwerkers) extra symbolisch zijn. Want wat hebben worstenbroden en appelbollen te maken met de haven?

Dag Patrick. We hebben ons laten vertellen dat het leven als havenarbeider meer is dan een job. Het is eigenlijk een roeping. Klopt dat?

Absoluut. De haven zit in mijn bloed. In de voetsporen van mijn grootvader en mijn nonkel ben ik in 2006 begonnen in de haven van Antwerpen. Eerst als dokwerker op rechteroever, vooral bezig met stukgoed. En later als bestendig afgevaardigde voor de BTB, de Belgische Transportarbeidersbond van het ABVV. Tot op de dag van vandaag. Een job die ik nog steeds met veel passie en engagement uitvoer.

Kan je ons eens wat meer vertellen over die Verloren Maandag? Waar komt de traditie vandaan?

Er zijn eigenlijk drie verklaringen voor de oorsprong van Verloren Maandag. De eerste verwijst naar de eedaflegging van de ambtenaren, die die dag niet werkten; de tweede gaat terug op het nieuwjaarsfeest van de gilden. Het was dus twee keer een ‘verloren’ werkdag. Maar wie niet van Antwerpen is, weet niet dat er maar één juiste versie is: die van de havenarbeiders. (lacht) De historische traditie vertelt dat op die dag de natiebazen hun dokwerkers trakteerden. Ze kregen bier, ze mochten gaan drinken in de cafés in de haven. Maar om dat niet op een lege maag te doen, zorgden de bakkers en slagers in de buurt voor oud brood en onverkocht vlees, het ‘verloren’ voedsel. De beenhouwers draaiden dat vlees tot worsten en staken het in het oud brood. Daar was het dan, het worstenbroodje met dubbele worst.

Dat was eigenlijk twee keer goed nieuws. De havenarbeiders dronken niet op een nuchtere maag. En doordat de worstenbroden erg zout waren (een gevolg van het feit dat het ging om ouder vlees dat al even was bewaard, nvdr.) profiteerden de herbergiers van de dorst van de arbeiders, die volop consumeerden op de kosten van hun bazen.

Later werd die traditie ook verdergezet in ’t Kot. De worstenbroden kwamen in drie shiften: ’s ochtends voor de mannen van 8 uur, ’s middags van de namiddagshift en dan ook nog voor de jongens van 6 uur ’s avonds. Kortom, een hele dag door feest!

Jarenlang hebben wij, havenarbeiders, vanuit ’t Kot ook onze strijd voor het behoud van de wet-Major aangestuurd. Die wet beschermt de sociale rechten van de havenarbeiders en gaat de liberalisering van de havenarbeid tegen.

Is dat vandaag nog steeds zo?

’t Kot, het aanwervingslokaal dat de havenarbeiders elke dag naar hun post stuurde, bestaat niet meer. Voor de dokwerker was ’t Kot meer dan enkel een plek waar ze hun post voor die dag bemachtigden, het was ook een ontmoetingsplaats. Op Verloren Maandag was het toch altijd extra speciaal om daar binnen te wandelen. De traditie is links en rechts in de haven wel wat naar de achtergrond verdwenen, al zijn er nog steeds heel wat firma’s die hun arbeiders die dag verwennen met een pint en een worstenbrood. En een appelbol voor de zoetebekken. Al zijn die er pas later bijgekomen.

Heeft het verdwijnen van ’t Kot een grote impact gehad op de havengemeenschap en de dokwerkers in het bijzonder?

Zeker. Vandaag is ’t Kot digitaal geworden. Je ziet elkaar dus een pak minder. Maar wees gerust: het kameraadschap, de internationale solidariteit en de samenhorigheid onder dokwerkers is blijven bestaan.

Vertel?

Jarenlang hebben wij, havenarbeiders, vanuit ’t Kot ook onze strijd voor het behoud van de wet-Major aangestuurd. Die wet beschermt de sociale rechten van de havenarbeiders en gaat de liberalisering van de havenarbeid tegen.

Simpel uitgelegd verplicht de wet-Major eigenlijk dat in havengebied havenarbeid moet worden uitgevoerd door een erkende havenarbeider. Dat klinkt simpel, maar het is zo essentieel voor de sociale bescherming en de veiligheid van havenarbeiders. Het gaat om erg gespecialiseerd en ook gevaarlijk werk. Onze mensen zijn daarvoor opgeleid. Niet iedereen kan dat doen. We hebben elk jaar spijtige ongevallen in de haven en verliezen elk jaar kameraden, maar zonder de wet-Major zouden er dat nog veel meer zijn.

En die strijd zetten jullie vandaag nog steeds verder?

Zeer zeker. Er zijn nog altijd enkele werkgevers in de haven die te allen tijde zullen proberen ons statuut onderuit te halen. Maar de wet-Major, die is er nog altijd. Dit gaat rechtstreeks over onze jobs, dus ook over het brood van onze kinderen, het huis dat we moeten afbetalen. Natuurlijk komen wij daarvoor op straat. En dat zullen we blijven doen. Dokwerkers zijn stevige en goede gasten, maar wij komen ook op voor elkaar en voor onze rechten.

Zo heb ik ook Kathleen leren kennen. Zij heeft die strijd mee zij aan zij met ons gevoerd en doet dat nog steeds. Al vanaf het prille begin van haar politieke carrière. Kathleen zal daarom altijd ‘ons Kathleen’ blijven, voor mij en voor de rest van de dokwerkers.

En wat zijn jouw plannen vandaag?

Drie keer worstenbroden hé. Thuis, op het werk en wanneer ik een koffie ga drinken op café. Ik kijk daar al sinds nieuwjaar naar uit. En ik ben zeker niet de enige.

Is er nog iets dat je wilt meegeven aan onze lezers?

Ga allemaal naar de beste bakker in de buurt, bestel een worstenbrood – geen appelbol! -, en geniet er vooral van.

Merci Patrick. Jij ook!

Vorige
Vorige

Europees Parlement stemt resolutie over dierenwelzijn: “Ook dieren verdienen waardige transportomstandigheden”

Volgende
Volgende

Europees Parlement pleit voor nultolerantie op alcohol in het verkeer