Wat Demir niet vertelt over het Vlaamse en Europese klimaatbeleid

Door de illusie te wekken dat de Europese klimaatdoelstellingen haalbaar noch betaalbaar zijn, doet Vlaams minister Zuhal Demir exact wat ze haar coalitiepartners in het stikstofdossier verwijt.

Vlaams minister Zuhal Demir haalt in De Tijd zwaar uit naar het Europese klimaatbeleid. Het Europese niveau is regelziek en heeft zijn prioriteiten niet op een rijtje. De kop van Jut is Europees Commissaris Frans Timmermans, verantwoordelijk voor klimaat en de Green Deal, die zich gedraagt als Epimetheus. ‘Hij die eerst doet en dan denkt.’ 

Het is niet de eerste keer dat Demir zich op die manier afzet tegen het Europese klimaatbeleid. Met haar ‘haalbaar en betaalbaar’-discours probeerde ze zich de afgelopen jaren al vaker te profileren als een realistische bestuurder tegenover de volgens haar van klimaat doordrongen eurofielen in de Europese Commissie en het Europees Parlement. Dat is een valse tegenstelling, en ze is pertinent onjuist. 

Deze Vlaamse meerderheid heeft een desastreus parcours gereden als het aankomt op haar eigen aandeel in dat Europese klimaatbeleid. Wat Demir niet vertelt, is dat ook ons land aan tafel zit bij de onderhandelingen over de Green Deal en de doelstellingen die we willen halen tegen 2030. België kon zich in de afgelopen maanden zeven keer niet uitspreken over delen van dat Europese klimaatbeleid. Telkens omdat de Vlaamse regering een Belgische positie radicaal blokkeerde. De Vlaamse regering ligt daar schijnbaar niet wakker van, maar aan de Europese onderhandelingstafel werkt zo'n houding ronduit verlammend. Wie geen positie inneemt, weegt ook niet op de uitkomst. 

Bovendien weigert Demir aan tafel te gaan zitten. Sinds 2019 kon ze negen keer aanschuiven bij de Europese ministerraad, waar deze dossiers uitgebreid werden besproken. Zeven keer stuurde ze haar kat. Dan is het te gemakkelijk achteraf met het vingertje naar Europa te wijzen.

Lappendeken

Het klimaatdiscours van de N-VA benoemt de Europese Green Deal steevast als een last op haar Vlaamse schouders, maar doet zo de noodzaak aan de Europese klimaatdoelstellingen teniet. Als het op klimaatbeleid aankomt, loopt de Europese Unie al geruime tijd voorop. Maar voor deze legislatuur bestond dat klimaatbeleid uit een lappendeken aan individuele maatregelen, waarvan het onmogelijk was de reële impact op onze uitstoot te berekenen.

Net dat is het grootste voordeel aan de Europese Green Deal, de Europese klimaatwetten en het Fit for 55-pakket dat vandaag wordt uitgerold. Het zet heldere doelstellingen op de middellange en lange termijn, 2030 en 2050, en zet een coherent kader aan beleidsmaatregelen uit om die doelstellingen te halen. 

Het Europese klimaatbeleid heeft het voordeel van de duidelijkheid. Investeerders en bedrijven weten op de lange termijn waar ze aan toe zijn. Bovendien trekt dat beleid iedereen mee in bad. Ook de sectoren die hun verantwoordelijkheid wisten te ontlopen, zoals de transportsector en de landbouw. Dat is in het voordeel van de Vlaamse industrie, die de afgelopen jaren enorme inspanningen heeft geleverd.

Bovendien nemen we maatregelen om de concurrentiekracht van Europese bedrijven op het internationale niveau te beschermen, onder meer door een koolstofgrenstaks in te voeren voor producten die buiten de Europese Unie werden geproduceerd bij lagere milieu- en klimaatnormen. De afgelopen jaren heb ik meermaals gehoord hoe bedrijven, havens en investeerders dat Europese klimaatkader verwelkomen, net omdat het hen helpt de duurzame transitie vorm te geven. Maar vaak blijft dat geluid onderbelicht. 

Industrie

De innovatieve industrie in Vlaanderen behoort tot de top van Europa. De Green Deal biedt een enorme opportuniteit voor bedrijven die investeren in duurzaamheid en circulariteit. Ik twijfel geen seconde aan de slagkracht van de Vlaamse economie om die duurzame transitie te verwezenlijken. De vraag blijft echter waarom Vlaanderen hardnekkig op de rem blijft staan.

De reden daarvoor is simpel: de Europese klimaatdoelstellingen plaatst niet enkel economische sectoren, maar ook de overheid voor haar verantwoordelijkheid. Daar knelt het Vlaamse schoentje. In plaats van te wijzen naar de Europese klimaatdoelstellingen zou deze Vlaamse regering er beter aan doen haar beleid onder de loep te nemen. 

Bijvoorbeeld op het vlak van woningrenovaties. Vlaanderen kampt met een van de meest verouderde woningparken van de hele Europese Unie. Meer dan de helft van onze woningen dateert van voor 1970. Bovendien zijn onze woningen vaak slecht of niet gerenoveerd en stoten ze veel meer uit dan het Europees gemiddelde. Een inhaalbeweging is nodig, maar de Vlaamse regering kiest daar steevast voor de weg van de minste weerstand. 

Het Vlaamse systeem van renovatiesubsidies werkt niet. Zelfs op het hoogtepunt van de energiecrisis steeg het aantal renovaties in Vlaanderen amper. Het beleid focust enkel op het aanmoedigen van renovaties voor wie kan en wil renoveren. Lees: voor wie de financiële slagkracht heeft. Voor gezinnen waar de nood het hoogst en de energiefactuur onbetaalbaar is, is een woningrenovatie onhaalbaar en onbetaalbaar. 

Tesla

Het is slechts een van de vele voorbeelden van waar het Vlaamse beleid faalt. Wie tot 2019 een Tesla wou kopen, kon rekenen op een mooie Vlaamse bijdrage. Wie met een oude vervuilende wagen rondreed of kampte met vervoersarmoede was eraan voor de moeite.

Demir pakt graag uit met de riedel dat het Europese klimaatbeleid de Vlaming geen eurocent meer mag kosten, maar in werkelijkheid is het de business as usual-politiek die de kosten van klimaatverandering onevenredig afwentelt op de bevolking. Het negeert ook de verdoken sociale kosten van die ongelijke toegang tot klimaatmaatregelen. Wie rijdt in de meest vervuilende wagens? Wie woont in de slechtst geïsoleerde woningen? Wie draait het meest op voor de gestegen energiekosten? Wie woont in de wijken met de meest vervuilde lucht? 

De Europese Green Deal geeft ons de mogelijkheid om net dat aan te pakken. Het gaat over meer dan het tegenhouden van klimaatverandering. Het is een verhaal van sociale emancipatie en een gezondere leefomgeving. Daarvoor zullen we het Vlaamse geweer van schouder moeten veranderen. Niet de Europese ambitie, maar de Vlaamse slagkracht vormt de grootste hindernis. Daar lijkt Demir als politica en beleidsmaker een pak minder in geïnteresseerd.

Dit opiniestuk werd op 6 april 2023 gepubliceerd op de website van De Tijd.

Vorige
Vorige

Europees Parlement wil consumenten beter informeren over levensduur en duurzaamheid van producten

Volgende
Volgende

Europees recht op reparatie moet consumenten helpen om toestellen vaker te laten herstellen