Europese Unie versterkt controle op buitenlandse investeringen
Het Europees Parlement en de Raad hebben een akkoord bereikt over de herziening van het screeningsmechanisme voor investeringen uit derde landen (Foreign Direct Investment). Het nieuwe kader moet de Europese Unie in staat stellen om de veiligheidsrisico’s van sommige investeringen beter te identificeren en sneller aan te pakken. “Dit is essentieel om de economische veiligheid van de Europese Unie te versterken”, reageert Europees Parlementslid Kathleen Van Brempt (Vooruit). “In een wereld waarin de economie steeds meer als een strategisch en geopolitiek wapen wordt ingezet, moet Europa haar strategische sectoren beter kunnen beschermen.”
Europa wordt steeds vaker geconfronteerd met buitenlandse investeringen die strategische of veiligheidsrisico’s kunnen inhouden, omdat sommige landen investeringen inzetten als geopolitiek instrument. Zo kunnen overnames in kritieke infrastructuur – denk aan havens, energiecentrales of telecomnetwerken – andere staten toegang geven tot gevoelige logistieke knooppunten of data. Investeringen in hyperkritische technologieën, zoals AI-systemen met militaire toepassingen, halfgeleiders of quantumtechnologie, kunnen leiden tot technologielekken die Europa minder weerbaar maken. En in sectoren zoals kritieke grondstoffen creëert buitenlandse controle het risico dat Europa in crisistijden afhankelijk wordt van één geopolitieke speler voor essentiële materialen. Deze voorbeelden tonen waarom een sterker, meer geharmoniseerd screeningskader nodig is: niet om investeringen af te remmen, maar om beter te kunnen onderscheiden welke investeringen een gevaar vormen voor onze veiligheid of onze autonomie.
Waar het eerdere FDI-kader lidstaten veel vrijheid liet, wordt de screening nu verplicht. “Alle lidstaten moeten nu een screeningsmechanisme opzetten voor gevoelige sectoren, zoals dual-use goederen en militaire technologie, energievoorzieningen, havens en digitale infrastructuur, maar ook electorale apparatuur, zoals kiescomputers en stemsystemen”, zegt Van Brempt. “Tegelijk wordt het huidige samenwerkingsmechanisme versterkt, zodat mogelijke grensoverschrijdende risico’s beter kunnen worden beoordeeld. De Commissie kan in de toekomst ondersteuning bieden bij het verzamelen van de nodige informatie.”
Betere samenwerking
Er komt een gedeelde databank, die de omzeiling van de regels moet voorkomen en de uitwisseling van informatie tussen de verschillende lidstaten moet bevorderen. Mogelijk komt er in de toekomst een centraal portaal om investeringsmeldingen in te dienen. “Daarnaast gaat de Commissie ook duidelijkere richtlijnen opstellen over de risicofactoren waarmee de lidstaten rekening moeten houden bij het beoordelen van buitenlandse investeringen.”
Op vraag van het Parlement werd in het akkoord ook een gezamenlijke verklaring opgenomen die erkent dat er bijkomende maatregelen nodig zijn om te vermijden dat buitenlandse investeringen nieuwe strategische afhankelijkheden creëren binnen de Europese Unie. “Screening is slechts een eerste stap. Europa moet ook sterker kunnen ingrijpen wanneer investeringen leiden tot afhankelijkheden die onze strategische autonomie ondermijnen”, zegt Van Brempt. “We verwachten dat de Commissie daar snel de nodige bijkomende instrumenten voor ontwikkelt.”
Van Brempt reageert tevreden op het akkoord. “Dit is een broodnodige hervorming. In de huidige geopolitiek kan Europa het zich niet veroorloven haar kritieke infrastructuur in de uitverkoop te zetten en er zo de controle over kwijt te spelen. Een betere screening is een eerste stap naar meer economische veiligheid, maar er zal nog meer nodig zijn. Hoog tijd dat de Commissie daar in nauw overleg met Parlement en Raad een totaalstrategie voor ontwikkelt.”